CVRM - Bloeddruk meten: verschil tussen versies

Uit Wiki HOVUmc
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 29: Regel 29:
 
De behandeling van een verhoogde bloeddruk is een belangrijk onderdeel van de ketenzorg DM en CVRM. Zorgvuldige bloeddrukmeting is van belang bij het stellen van de juiste behandelindicatie en het bepalen van het beleid.  
 
De behandeling van een verhoogde bloeddruk is een belangrijk onderdeel van de ketenzorg DM en CVRM. Zorgvuldige bloeddrukmeting is van belang bij het stellen van de juiste behandelindicatie en het bepalen van het beleid.  
  
Spreekkamerbloedrukmetingen
+
'''Spreekkamerbloedrukmetinge'''n
 +
 
 
De risicotabellen voor CVRM zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek waarbij gestandaardiseerde spreekkamer bloeddrukmetingen zijn gebruikt. Er zijn echter ook nadelen aan het meten van de bloeddruk in de spreekkamer:  
 
De risicotabellen voor CVRM zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek waarbij gestandaardiseerde spreekkamer bloeddrukmetingen zijn gebruikt. Er zijn echter ook nadelen aan het meten van de bloeddruk in de spreekkamer:  
  
Regel 42: Regel 43:
 
•Resulteert vaak in een overschatting van de bloeddruk met overdiagnostiek en overbehandeling als mogelijk gevolg.
 
•Resulteert vaak in een overschatting van de bloeddruk met overdiagnostiek en overbehandeling als mogelijk gevolg.
  
Ambulante metingen
+
'''Ambulante metingen'''
 +
 
 
De richtlijn CVRM  https://www.nhg.org/standaarden/volledig/cardiovasculair-risicomanagement#note-29 adviseert om bij elke nieuw vastgestelde verhoogde bloeddruk een ambulante meting te doen. Daarnaast kunnen ambulante metingen gebruikt worden bij twijfel over het halen van de streefwaarden (controle van de behandeling), vermoeden van therapieresistentie of orthostatische hypotensie en zelfcontrole wensen van de patiënt.
 
De richtlijn CVRM  https://www.nhg.org/standaarden/volledig/cardiovasculair-risicomanagement#note-29 adviseert om bij elke nieuw vastgestelde verhoogde bloeddruk een ambulante meting te doen. Daarnaast kunnen ambulante metingen gebruikt worden bij twijfel over het halen van de streefwaarden (controle van de behandeling), vermoeden van therapieresistentie of orthostatische hypotensie en zelfcontrole wensen van de patiënt.
 
Bij een nieuwe diagnose is de eerste voorkeur de 24-uurs bloeddrukmeting. Indien die niet beschikbaar is een geprotocolleerde thuismeting. De 30-minuten-bloeddrukmeting is alleen een alternatief als zowel de 24-uurs-bloeddrukmeting als de geprotocolleerde thuismeting niet beschikbaar zijn.
 
Bij een nieuwe diagnose is de eerste voorkeur de 24-uurs bloeddrukmeting. Indien die niet beschikbaar is een geprotocolleerde thuismeting. De 30-minuten-bloeddrukmeting is alleen een alternatief als zowel de 24-uurs-bloeddrukmeting als de geprotocolleerde thuismeting niet beschikbaar zijn.
Regel 58: Regel 60:
 
•Risico op obsessief meetgedrag en angst.
 
•Risico op obsessief meetgedrag en angst.
  
Hoe ambulante metingen te interpreteren?
+
'''Hoe ambulante metingen te interpreteren?'''
 +
 
 
Ambulante metingen worden aanbevolen ter evaluatie van de bloeddruk, maar kunnen echter niet direct gebruikt worden als waarde bij de risicoschatting met behulp van de risicotabel. Uitgangspunt voor de risicotabel zijn namelijk (gestandaardiseerde) spreekkamerbloeddrukmetingen. Wel kan aan de hand van een ambulante meting een schatting van de spreekkamerbloeddrukmeting gemaakt worden om te gebruiken in de risicotabel. Bij het bepalen van het al dan niet behaald zijn van streefwaarden met een ambulante meting geldt hetzelfde.
 
Ambulante metingen worden aanbevolen ter evaluatie van de bloeddruk, maar kunnen echter niet direct gebruikt worden als waarde bij de risicoschatting met behulp van de risicotabel. Uitgangspunt voor de risicotabel zijn namelijk (gestandaardiseerde) spreekkamerbloeddrukmetingen. Wel kan aan de hand van een ambulante meting een schatting van de spreekkamerbloeddrukmeting gemaakt worden om te gebruiken in de risicotabel. Bij het bepalen van het al dan niet behaald zijn van streefwaarden met een ambulante meting geldt hetzelfde.
 
{| class="wikitable"
 
{| class="wikitable"
Regel 80: Regel 83:
  
 
=== Doel ===
 
=== Doel ===
De aios kent de verschillende soorten bloeddrukmetingen en diens toepassingen.
+
De aios kent de verschillende soorten bloeddrukmetingen en diens toepassingen.  
  
 
=== Gebruiksaanwijzing ===
 
=== Gebruiksaanwijzing ===
  
 +
Er zijn vier verschillende vormen van bloeddrukmeting te onderscheiden, namelijk:
 +
# Gestandaardiseerde spreekkamermeting
 +
# 24 uurs bloeddruk meting
 +
# Geprotocolleerde thuismeting
 +
# 30 minuten bloeddrukmeting.
 +
Hieronder staan de verschillende protocollen met randvoorwaarden en instructies hoe te meten.
  
 
=== Onderwijsactiviteiten ===
 
=== Onderwijsactiviteiten ===
Zelfstudie: Bestudeer de protocollen voor de verschillende metingen.
+
'''Zelfstudie:'''
 +
 
 +
Bestudeer de protocollen voor de verschillende metingen.
 +
 
 
Bekijk in je praktijk welke metingen worden gebruikt en hoe ze werken.
 
Bekijk in je praktijk welke metingen worden gebruikt en hoe ze werken.
  
  
 +
Protocol 1 Gestandaardiseerde spreekkamermeting
 +
 +
Protocol 2 24 uurs bloeddruk meting
 +
 +
Protocol 3 Geprotocolleerde thuismeting
 +
 +
Protocol 4 30 minuten bloeddrukmeting.
 
==== Bronnen ====
 
==== Bronnen ====
  
 
{{Footer - Leerlijn chronische zorg}}
 
{{Footer - Leerlijn chronische zorg}}

Versie van 30 aug 2019 om 13:03


Leerlijn chronische zorg
Auteur

Paul Janssen
Susanne Claessen
Judith Tjin-a-Ton

Stage

1e Huisartsstage
2e Huisartsstage

KBA

1. Behandelt chronische ziekten

Competenties

Medisch handelen

Leerplek

Praktijkleren

Relevantie

De behandeling van een verhoogde bloeddruk is een belangrijk onderdeel van de ketenzorg DM en CVRM. Zorgvuldige bloeddrukmeting is van belang bij het stellen van de juiste behandelindicatie en het bepalen van het beleid.

Spreekkamerbloedrukmetingen

De risicotabellen voor CVRM zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek waarbij gestandaardiseerde spreekkamer bloeddrukmetingen zijn gebruikt. Er zijn echter ook nadelen aan het meten van de bloeddruk in de spreekkamer:

•Wordt vaak niet correct uitgevoerd

•Wisselt sterk en stijgt door o.a. inspanning of stress

•Is slecht reproduceerbaar

•Wittejasseneffect en gemaskeerde hypertensie worden niet opgemerkt

•Resulteert vaak in een overschatting van de bloeddruk met overdiagnostiek en overbehandeling als mogelijk gevolg.

Ambulante metingen

De richtlijn CVRM https://www.nhg.org/standaarden/volledig/cardiovasculair-risicomanagement#note-29 adviseert om bij elke nieuw vastgestelde verhoogde bloeddruk een ambulante meting te doen. Daarnaast kunnen ambulante metingen gebruikt worden bij twijfel over het halen van de streefwaarden (controle van de behandeling), vermoeden van therapieresistentie of orthostatische hypotensie en zelfcontrole wensen van de patiënt. Bij een nieuwe diagnose is de eerste voorkeur de 24-uurs bloeddrukmeting. Indien die niet beschikbaar is een geprotocolleerde thuismeting. De 30-minuten-bloeddrukmeting is alleen een alternatief als zowel de 24-uurs-bloeddrukmeting als de geprotocolleerde thuismeting niet beschikbaar zijn.

Voordelen van ambulante metingen:

•Bewustwording en betrokkenheid van de patiënt nemen toe

• Leefstijladviezen en therapietrouw kunnen verbeteren.

Nadelen:

•Instructie nodig

•Risico op obsessief meetgedrag en angst.

Hoe ambulante metingen te interpreteren?

Ambulante metingen worden aanbevolen ter evaluatie van de bloeddruk, maar kunnen echter niet direct gebruikt worden als waarde bij de risicoschatting met behulp van de risicotabel. Uitgangspunt voor de risicotabel zijn namelijk (gestandaardiseerde) spreekkamerbloeddrukmetingen. Wel kan aan de hand van een ambulante meting een schatting van de spreekkamerbloeddrukmeting gemaakt worden om te gebruiken in de risicotabel. Bij het bepalen van het al dan niet behaald zijn van streefwaarden met een ambulante meting geldt hetzelfde.

Spreekkamermeting 140 mmgHg 180 mmHg
24-uurs bloeddrukmeting 130 mmHg 180 mmHg
Geprotocolleerde thuismeting 135 mmHg 170 mmHg
Dertigminuten meting 135 mmHg 170 mmHg

Tabel. (Schattingen van) corresponderende bloeddrukwaardes bij verschillende meetmethodes bij spreekkamermetingen van 140 en 180 mmHg.

Doel

De aios kent de verschillende soorten bloeddrukmetingen en diens toepassingen.

Gebruiksaanwijzing

Er zijn vier verschillende vormen van bloeddrukmeting te onderscheiden, namelijk:

  1. Gestandaardiseerde spreekkamermeting
  2. 24 uurs bloeddruk meting
  3. Geprotocolleerde thuismeting
  4. 30 minuten bloeddrukmeting.

Hieronder staan de verschillende protocollen met randvoorwaarden en instructies hoe te meten.

Onderwijsactiviteiten

Zelfstudie:

Bestudeer de protocollen voor de verschillende metingen.

Bekijk in je praktijk welke metingen worden gebruikt en hoe ze werken.


Protocol 1 Gestandaardiseerde spreekkamermeting

Protocol 2 24 uurs bloeddruk meting

Protocol 3 Geprotocolleerde thuismeting

Protocol 4 30 minuten bloeddrukmeting.

Bronnen

De bouwstenen in de leerlijn chronische zorg

De leerlijnen

Categorie: De 10 huisartsgeneeskundige thema's
Kort Spoed Chron Ouderen Kind Psych ALK Pall Preventie Praktijk
Korte episode zorg
Spoedeisende zorg
Chronische zorg
Complexe ouderenzorg
Zorg voor het kind
Psychische klachten
ALK
Palliatieve zorg
Preventie
Praktijkmanagement
Categorie: Competentiegebieden
Medisch handelen Communicatie Maatsch. handelen Wetenschap Professionaliteit
Medisch handelen
Communicatie
Maatschappelijk handelen
Wetenschap
Professionaliteit
Categorie: Overige aandachtsgebieden
Diversiteit Seksualiteit Innovatie
Diversiteit
Seksualiteit
Innovatie