CZ stage: verschil tussen versies

Uit Wiki HOVUmc
Ga naar: navigatie, zoeken
k (Klinische stage vervangen door CZ stage)
(nieuwe handleiding en naamgeving (CZ naar CCZ))
Regel 11: Regel 11:
 
'''Onderwijscoordinator'''<br />
 
'''Onderwijscoordinator'''<br />
 
{{auteur - Chris Rietmeijer}}
 
{{auteur - Chris Rietmeijer}}
 +
{{auteur - Beatrijs de Leede}}
 
|-
 
|-
 
|
 
|
Regel 26: Regel 27:
 
*[[Bouwstenen CZ stage|Bouwstenen]]
 
*[[Bouwstenen CZ stage|Bouwstenen]]
 
|}
 
|}
=== Handleiding CZ stage ===
+
=== Handleiding CCZ-stage ===
Bijna 9 miljoen mensen hadden op 1 januari 2016 een door de huisarts geregistreerde chronische ziekte. 4,6 Miljoen mensen hadden meer dan 1 chronische ziekte.In het hele jaar 2016 hadden 5,1 miljoen mensen minimaal eenmaal contact met de huisartsenpraktijk voor een chronische ziekte (uit: [https://www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/chronische-ziekten-en-multimorbiditeit/cijfers-context/huidige-situatie volksgezondheidenzorg.info]).
+
Na de 1<sup>e</sup> huisartsstage volgt de aios enkele externe stages. De stage chronische ziekten en complexe problematiek kortweg complexe chronische zorg (CCZ) is een keuzestage die standaard wordt aangeboden. Aios kunnen, gemotiveerd en in overleg, een andere keuze maken. Deze keuze moet rond de 6<sup>e</sup> maand van de 1<sup>e</sup> huisartsstage gemaakt worden.
  
Over multimorbiditeit merkt François Schellevis op: "…(multimorbiditeit) is eerder regel dan uitzondering bij patiënten op hogere leeftijd. Het komt op grote schaal voor. Het is geen nieuw verschijnsel, maar we realiseren ons nog onvoldoende welke rol multimorbiditeit speelt. Alle richtlijnen en zorgprogramma's in Nederland zijn gemaakt voor een specifieke ziekte, terwijl de zorgverlener te maken heeft met een veel complexere patiënt. De zorg voor mensen met meerdere chronische ziekten verloopt vaak ongecoördineerd als gevolg van te weinig afstemming.' (interview in Vilans, 16 november 2011).
+
Deze handleiding biedt een praktische beschrijving van het praktijkleren en het instituutsonderwijs tijdens de CCZ-stage.
  
Het aandeel van de huisarts in de zorg voor patiënten met chronische zorg neemt gestaag toe. Oorzaken zijn onder meer de vergrijzing en de tendens om de patiënt zo lang mogelijk in de thuissituatie te verplegen. De begeleiding van deze patiënten vergt een specifieke deskundigheid van de huisarts. De ouderen van de toekomst verschillen van de ouderen van nu: een grote groep zal meer mogelijkheden hebben om langdurig de regie over hun leven te behouden, terwijl ongeveer een kwart juist weinig regie zal ervaren en en niet in staat zal zijn langdurig zelfredzaam te blijven. Zie: [https://www.nivel.nl/nl/publicatie/nivel-overzichtstudies-ouderen-van-de-toekomst-verschillen-de-wensen-en-mogelijkheden Nivel overzichtsstudies: Ouderen van de toekomst]. (2014)
+
=== Doelen en globale inhoud CCZ-stage ===
 +
Uit het [[Landelijk opleidingsplan]]: De stage chronische ziekten en complexe problematiek heeft tot doel de ontwikkeling van klinische competenties op het gebied van chronisch-complexe aandoeningen die in de huisartspraktijk minder geclusterd voorkomen, maar wel relevant zijn voor de huisarts. Belangrijke thema's in deze stage zijn: patiënten bijstaan in het omgaan met de gevolgen van een chronische ziekte en samenwerking tussen huisarts en intramurale instelling.
  
De zorg die patiënten met een chronische ziekte nodig hebben is gericht op '''cure:''' het genezen of tegengaan van verslechtering en op '''care''': het verbeteren van de kwaliteit van leven.
+
De volgende thema's uit het Landelijk Opleidingsplan krijgen extra aandacht:
 +
* Chronische zorg
 +
* Complexe ouderenzorg
 +
* Palliatieve zorg
  
De werkwijze in de huisartspraktijk is vaak ad hoc, klachtgericht en intuïtief. De zorg van de verpleeghuisarts/specialist ouderengeneeskunde wordt daarentegen gekenmerkt door een planmatige aanpak die gericht is op het creëren van een optimale kwaliteit van het bestaan, op functiebehoud en -verbetering en waar nodig palliatief. Deze twee perspectieven komen de laatste jaren nader tot elkaar, zoals blijkt uit de visie op huisartsenzorg voor ouderen uit 2017, ontwikkeld door kaderartsen eerstelijns ouderengeneeskunde (huisartsen en specialisten ouderengeneeskunde), samen met NHG en LHV. Zie <nowiki/>https://www.nhg.org/sites/default/files/content/nhg_org/uploads/visie_huisartsen_voor_ouderen_2017_web_0.pdf
+
Door de thema's met de bijbehorende KBA's te bestuderen en met de opleider te bespreken krijgt de aios een idee van de stand van zaken van de eigen competentieontwikkeling in de breedte en diepte. Op de Wiki zijn er voor elk thema bouwstenen te vinden, die behulpzaam zijn voor het terugkomdagonderwijs, voor het leren in de praktijk en voor zelfstudie.
  
De stages in deze module vinden plaats in verpleeghuizen en verzorgingshuizen en in de psychogeriatrie. Centraal staat het planmatig leren omgaan met patiënten met ernstige, multipele lichamelijke en/of geestelijke beperkingen en aandoeningen. Wij achten het met name van belang dat de aios in deze stage de eigen vaardigheid in de omgang met deze problematiek vergroot én beter toegerust wordt ten behoeve van de samenwerking met andere beroepsgroepen die een rol vervullen in chronische zorg. 
+
=== Afstemming met de huisartsstages ===
 +
Onderwijs op het gebied van chronische aandoeningen, geriatrische problematiek en palliatieve zorg komt op meerdere plaatsen tijdens de opleiding aan de orde. Tijdens de 1<sup>e</sup> huisartsstage ligt hierbij de focus op de diagnostiek bij nieuwe patiënten en op de zorgverlening bij bekende patiënten met veelvoorkomende chronische ziekten zoals hart- en vaatziekten, diabetes, astma en COPD en de minder vaak voorkomende chronische aandoeningen van het bewegingsapparaat en het zenuwstelsel. De nadruk ligt hierbij op het medisch-inhoudelijk beleid en de vakinhoudelijke kennis om de belangrijkste chronische ziekten te kunnen diagnosticeren en behandelen.
  
Het verpleeghuis is bij uitstek de plaats voor het leren van bovengenoemde planmatige aanpak. De Huisartsopleiding VUmc werkt hierbij samen met [https://www.gerion.nl/ GERION], de opleiding voor ouderengeneeskunde van het VUmc, zowel inhoudelijk als organisatorisch.
+
Tijdens de CCZ-stage wordt de aios verder toegerust voor een planmatige aanpak van de complexe chronische problematiek en het multidisciplinair werken.
  
=== Oriëntatie op de inhoud van de stage ===
+
In de 2<sup>e</sup> huisartsstage leert de aios alle opgedane kennis en vaardigheden te integreren in de complexe chronische zorg in de huisartspraktijk. Medisch inhoudelijk handelen, communicatie, samenwerking en praktijkmanagement spelen hierin allen een grote rol.
De aios werkt tijdens de stage Chronische zorg met een eigen patiëntenpopulatie, die kampt met meervoudige somatische en psychogeriatrische problematiek. Veel voorkomende ziektebeelden zijn onder meer: status na CVA, diverse vormen en stadia van dementie, chronische neurologische aandoeningen zoals M. Parkinson en M.S. Het betreft tevens patiënten met gevorderde stadia van aandoeningen van het bewegingsapparaat zoals artrose en reumatoïde artritis, evenals patiënten met een (terminale) maligniteit.
 
  
De aios kan zich tijdens deze stage bekwamen in een systematische aanpak van deze patiënten, waarbij het functioneren van de patiënt en de geanalyseerde problemen, op de volgende punten schematisch in kaart wordt gebracht:
+
=== Praktijkleren ===
* '''S'''omatische ziekten, '''A'''DL, '''M'''aatschappelijke situatie, '''P'''sychisch en '''C'''ommunicatief functioneren ('''SAMPC'''). Deze werkwijze beoogt een overzichtelijke aanpak, waarbij met name de optimale kwaliteit van leven -een optimale situatie vanuit de resterende    mogelijkheden - van de patiënt nagestreefd wordt. In voorkomende gevallen zal daarbij ook palliatieve zorg aan de orde zijn.
+
De aios leert het vak in de praktijk. Patiëntenzorg en de vragen die daaruit ontstaan sturen voor een groot deel het leren. Daarbij zijn van belang:  
* Een belangrijk aspect tijdens de CZ- stage betreft de samenwerking en afstemming met andere disciplines zoals verpleegkundige,     fysiotherapeut, ergotherapeut, logopedist, verpleeghuisarts en medisch specialist. De aios leert veel over de verschillende verwijs- en consultatiemogelijkheden alsmede over de communicatie met familieleden van de patiënt.
+
* '''Een voldoende en divers patiëntenaanbod.''' De aios ziet tijdens de CCZ-stage patiënten met meervoudige somatische en/of psychogeriatrische problematiek. Denk aan patiënten die revalideren na CVA of heupfractuur, patiënten met diverse vormen en stadia van dementie, met chronische neurologische aandoeningen zoals de ziekte van Parkinson en Multiple Sclerose, patiënten met gevorderde stadia van aandoeningen van het bewegingsapparaat zoals artrose en reumatoïde artritis, evenals patiënten met een (terminale) maligniteit. De aios bekwaamt zich tijdens deze stage in het systemisch in kaart brengen van patiënten (SFMPC-methodiek).
* Er is ruimte voor discussie over de grenzen van het medisch handelen en de vraag wanneer en onder welke voorwaarden de    behandeling gestaakt moet worden.
 
  
=== Afstemming met andere stages ===
+
De aios leert regie voeren in complexe zorgprocessen: samenwerking en afstemming met andere disciplines zoals verpleegkundige, fysiotherapeut, logopedist, specialist ouderengeneeskunde en medisch specialist, alsmede met de familie en naasten van de patiënt. De aios leert veel over de verschillende verwijs- en consultatiemogelijkheden.
Onderwijs op het gebied van chronische aandoeningen, geriatrische problematiek en palliatieve zorg komt op meerdere plaatsen tijdens de opleiding aan de orde.
 
  
Tijdens de eerste Opleidingsperiode in de huisartspraktijk ligt het accent op de detectie van nieuwe patiënten en op de zorgverlening bij bekende patiënten met veelvoorkomende chronische ziekten zoals hart- en vaatziekten, diabetes, astma en COPD en de minder vaak voorkomende chronische aandoeningen van het bewegingsapparaat en het zenuwstelsel. De nadruk ligt hierbij op de medisch-inhoudelijke aanpak. 
+
Er is in deze stage veel aandacht voor het communiceren met familieleden van de patiënt, alsmede voor het bespreken van de grenzen van het medisch handelen en de vraag wanneer en onder welke voorwaarden de behandeling gestaakt moet worden.
  
De aios beschikt daarna over de vakinhoudelijke kennis om de belangrijkste chronische ziekten te kunnen diagnosticeren en behandelen. Met de kennis opgedaan in de CZ-stage is de aios beter toegerust voor een planmatige aanpak van de chronische problematiek, waarbij de bevordering van de kwaliteit van leven voorop staat. De aanpak van disease- en praktijkmanagement bij deze aandoeningen komt aan de orde in de tweede Opleidingsperiode in de huisartspraktijk.
+
Tevens kan de aios zich bekwamen in specifieke verrichtingen die meer voorkomen in de complexe ouderenzorg.
 +
 +
* '''Een goede balans tussen zelfstandig werken en begeleiding.''' De aios leert vooral door zelfstandig patiëntenzorg te bieden onder direct beschikbare supervisie. Daarbij is regelmatig overleg met, en observatie door, de stageopleider cruciaal. Dit garandeert de patiëntveiligheid en maakt het opsporen van blinde vlekken bij de aios mogelijk. Deze balans wordt onder andere mogelijk gemaakt door: 
 +
** Ad-hoc-overleg over individuele patiënten.
 +
** Geregelde leergesprekken.
 +
** Observaties m.b.v. KPB: Korte praktijkbeoordeling. Het KPB-formulier nodigt uit tot gedetailleerde feedback.
 +
** Voortgangsgesprekken halverwege en aan het eind van de stage.
  
=== Doelstellingen ===
+
=== Instituutsonderwijs ===
De leerdoelen van de stage zijn ontleend aan het [[Landelijk opleidingsplan]], het [[Competentieprofiel van de huisarts]], de [[ComBeL|ComBeL CZ stage]]. Het onderwijs tijdens deze module is gerelateerd aan de, langs de 7 competentiegebied geordende, onderstaande gedragsindicatoren:
+
De aios komen drie tot vier keer per maand naar het instituut. De groep is gemengd; de aios volgen de CCZ- of de GGZ-stage. De CCZ- en GGZ-stage markeren de start van de tweede fase. De tweede-fasegroep blijft in principe tot het einde van de opleiding bij elkaar.
  
 +
De opbouw van de terugkomdag kent een aantal vaste onderdelen:
 
<div class="panel-group" id="accordion">
 
<div class="panel-group" id="accordion">
<accordion parent="accordion" heading="Gedragsindicatoren competentiegebied 1: Medisch handelen">
+
<accordion parent="accordion" heading="Reflectieonderwijs" class="in">
'''De aios ...'''
+
{{Handleiding - Reflectieonderwijs}}
*heeft kennis van de relevante ziekten / stoornissen / gezondheidsproblemen (m.b.t. voorkomen, symptomatologie, etiologie, pathosfysiologie en natuurlijk beloop) en interpreteert de klacht in de context van de chronische zorg
 
*kent het diagnostische arsenaal van het vakgebied (incl. het onderscheidende vermogen ervan) en zet dit op rationele wijze in
 
*voert op adequate wijze anamnestisch en fysisch- diagnostisch onderzoek uit
 
*kent het therapeutische arsenaal van het vakgebied (incl. wetenschappelijke onderbouwing, werkzaamheid en risico's) en zet dit op rationele wijze in
 
*is in staat om te onderbouwen waarom een medische interventie noodzakelijk is of waarom bij de individuele patiënt hiervan wordt afgezien
 
*heeft kennis van de farmacotherapie en polifarmacie bij ouderen
 
*gaat adequaat om met spoedeisende situaties
 
*benadert patiënten systematisch en proactief
 
*beheerst de medisch technische vaardigheden passend bij het vaakgebied (o.a. katheteriseren, inbrengen maagsonde, necrotomie, zuurstof toedienen, enz.)
 
*betrekt de context van de patiënt (fysieke, psychische, sociale/culturele achtergrond, gezondheidsgeschiedenis en levensfase) bij hypothese en beleid
 
 
  </accordion>
 
  </accordion>
<accordion parent="accordion" heading="Gedragsindicatoren competentiegebied 2: Communicatie">
+
</div>
'''De aios ...'''
+
 
*bouwt een effectieve behandelrelatie met de patiënt op
+
{{Handleiding - Aiosonderwijs}}
*gaat adequaat om met patiënten met een communicatieve beperking (slechthorendheid, afasie, dementie enz.)
+
 
*bejegent de patiënt en naasten met betrokkenheid, begrip en respect
+
Omdat de groep gemengd is, is het zaak de onderwerpen zo te kiezen dat alle aios ervan kunnen leren.
*communiceert adequaat met patiënten en hun begeleiders en is in staat een familiegesprek te voeren
+
 
*geeft voldoende en begrijpelijke informatie aan de patiënt en naasten, en past taalgebruik aan bij leeftijd geslacht, opleiding en emotie van de patiënt
+
{{Handleiding - Docentonderwijs en training}}
*geeft de patiënt / naasten, indien mogelijk, inspraak in de besluitvorming
+
 
*gaat geordend en gestructureerd te werk
+
Tijdens de CCZ-stage zullen de docenten o.a. extra aandacht geven aan familiegesprekken.
*zie [[Leerlijn communicatie]]
+
 
 +
<div class="panel-group" id="accordion">
 +
<accordion parent="accordion" heading="Individuele begeleiding aios">
 +
{{Handleiding - Individuele begeleiding aios}}
 
  </accordion>
 
  </accordion>
<accordion parent="accordion" heading="Gedragsindicatoren competentiegebied 3: Samenwerken">
+
</div>
'''De aios ...'''
+
 
*draagt bij aan een goede werkrelatie met de andere hulpverleners
+
==== Expertonderwijs ====
*zorgt voor heldere mondelinge en schriftelijke informatieoverdracht
+
Expertonderwijs is onderwijs dat wordt gegeven door een expert op een bepaald vakgebied. Tijdens de CCZ-stage is er experonderwijs op veel middagen en eens per maand op een hele zogenaamde themadag. De volgende onderwerpen komen altijd aan bod:
*werkt adequaat samen met andere zorgverleners in een multidisciplinaire structuur en geeft blijk van inzicht in taakverdeling en verantwoordelijkheden
+
* Geriatrische problematiek
*kent de eisen waaraan een adequate verwijzing naar het verpleeghuis moet voldoen en heeft kennis van de specifieke expertise van de verpleeghuisarts
+
* De verwarde patiënt
*gaat adequaat om met een conflictsituatie
+
* Planmatig werken
 +
* Palliatieve zorg
 +
* Geriatrische reuzen
 +
 
 +
<div class="panel-group" id="accordion">
 +
<accordion parent="accordion" heading="Evaluatie en planning" class="in">
 +
Om het cursorisch onderwijs voor een komende periode voor te bereiden zijn er op de terugkomdag regelmatig evaluatie- en planningsmomenten nodig. Hier wordt teruggekeken naar de voorafgaande periode (wat beviel, wat werd gemist) en vooruitgekeken naar het onderwijs in de komende periode (leerwensen aios binnen het kader van de opleidingsperiode en andere wensen). Er worden afspraken gemaakt over wie wat gaat doen.
 
  </accordion>
 
  </accordion>
<accordion parent="accordion" heading="Gedragsindicatoren competentiegebied 4: Organiseren">
+
<accordion parent="accordion" heading="Het individueel ontwikkelingsplan (IOP)">
'''De aios ...'''
+
Vanaf het eerste voortgangsgesprek in de eerste huisarts-stage (5e maand) beschrijft de aios haar leerdoelen in het IOP dat een plaats krijgt in het ontwikkelingsdossier in het e-portfolio. Het IOP is een verplicht onderdeel van de opleiding. Het doel van het IOP is het ondersteunen van de zelfsturing in het leren. De aios maakt bewuste keuzes en zoekt daarover actief het gesprek met de opleider en/of de docent.
*draagt een patiënt zorgvuldig over en draagt zorg voor continuïteit
+
 
*heeft inzicht in de expertise van verplegend en verzorgend personeel en kan beide groepen gericht en efficiënt aansturen
+
Aan het begin van de stage is er in het intakegesprek met de stageopleider én op de terugkomdag aandacht voor de leerdoelen van de aios; waaraan kan en wil de aios in de huidige stageplek vooral aandacht geven met het oog op de kaders zoals geformuleerd in de thema's en de ComBeL CCZ-stage?
*legt medische gegevens zorgvuldig en begrijpelijk vast en maakt adequaat gebruik van het patiënten registratie systeem
 
*gaat adequaat met de tijd om, past time- management adequaat toe
 
*schakelt, zo nodig, de juiste instantie(s) in voor het zorgtraject thuis
 
</accordion>
 
<accordion parent="accordion" heading="Gedragsindicatoren competentiegebied 5: Maatschappelijk handelen">
 
'''De aios ...'''
 
*heeft voldoende kennis van en handelt volgens de relevante wettelijke regelgeving WGBO, BIG, BOPZ, KNMG groene boekje, AWBZ en WMO)
 
*is zich bewust van de vertrouwensrelatie met patiënten en respecteert de privacy van gegevens
 
*registreert en delegeert volgens de wetgeving en procedures van de instelling
 
*herkent incidenten in de patiëntenzorg die tot een klacht (zouden) kunnen leiden en speelt daar zo nodig op in om een klacht te voorkomen
 
*informeert patiënten en naasten over de klachtenprocedure van de instelling
 
</accordion>
 
<accordion parent="accordion" heading="Gedragsindicatoren competentiegebied 6: Wetenschap en onderwijs">
 
'''De aios ...'''
 
*onderbouwt de zorg op wetenschappelijk verantwoorde wijze
 
*heeft kennis geldende richtlijnen t.a.v. diagnostiek en therapie
 
*presenteert op adequate wijze patiënten of medische onderwerpen in (multidisciplinaire) besprekingen en in de aios- groep
 
</accordion>
 
<accordion parent="accordion" heading="Gedragsindicatoren competentiegebied 7: Professionaliteit">
 
'''De aios ...'''
 
*toont inzet en betrokkenheid, houdt zich aan afspraken
 
*neemt, ook bij fouten, de verantwoordelijkheid voor het eigen handelen
 
*hanteert een goede balans tussen betrokkenheid en distantie
 
*staat open voor feedback en gaat daar constructief mee om
 
*schat het eigen niveau van functioneren goed in en handelt daar naar (roept zo nodig hulp in)
 
*overlegt regelmatig over de vorderingen met de stageopleider en stelt leerplan bij, evalueert leerdoelen, formuleert nieuwe doelen, toetst het eindresultaat
 
*reflecteert op het eigen handelen en onderkent de invloed van de eigen persoon op het contact met patiënt en andere betrokkenen
 
*handelt in ethisch opzicht zorgvuldig
 
*hanteert verschillen in normen en waarden tussen hulpverleners en -vragers op professionele wijze (binnen de geldende ethische en medische gedragsregels)
 
*weet belangen van patiënten en familie en verzorging te onderscheiden en gaat hier bij tegenstellingen professioneel mee om
 
*gaat adequaat om met de werkbelasting op de stageplek
 
*is toenemend in staat zelfstandig te werken
 
 
  </accordion>
 
  </accordion>
 
</div>
 
</div>
  
=== Beginvereisten / aanvangsniveau ===
+
=== Zelfstudie en Opdrachten ===
*De aios heeft de eerste huisartsstage afgerond.
+
Opdrachten hebben als doel om, binnen het kader van de opleidingsdoelen, persoonlijke leerdoelen te kiezen en daaraan te werken, veelal uitmondend in een casus- of themapresentatie in de groep. De opdrachten zijn voor alle aios verplicht.
*De aios stelt bij de start van de stage Chronische Zorg zijn of haar aanvangsniveau vast door het maken van een aanvangstoets en een self-assessment. Dit vormt de basis voor het [[IOP]] (Individueel OntwikkelingsPlan) en het ontwikkelingsdossier.
 
 
 
=== Hulpmiddelen en literatuur ===
 
De aios moet kunnen beschikken over recente huisartsgeneeskundige literatuur. Hiertoe behoren:
 
* [https://www.nhg.org/nhg-standaarden NHG-standaarden]
 
* [https://www.ntvg.nl Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde]
 
* [https://www.henw.org Huisarts en Wetenschap]
 
* [https://www.medischcontact.nl Medisch Contact]
 
* [https://www.ge-bu.nl Geneesmiddelenbulletin] 
 
* [https://www.farmacotherapeutischkompas.nl Farmacotherapeutischkompas]
 
Deze zijn alle elektronisch beschikbaar vanaf de VUmc campus of [[Bibliotheek|VU Bibliotheek]], zie hiervoor de handleiding van de VU. Voor het zoeken naar literatuur en voor het kunnen communiceren met collega- aios en groepsdocenten via Canvas.
 
Een deel van het onderwijsmateriaal van de stage is te vinden op Canvas maar voornamelijk in deze Wiki.
 
Indeling Stage Chronische Zorg
 
De stage omvat 12-13 weken met circa 10 terugkomdagen. De werkweek bestaat uit 38 uur exclusief zelfstudietijd, waarvan 6 ½ uur voor de terugkomdag en 31 ½ uur op de stageplaats verdeeld over 4 dagen. De opdrachten die de aios moet worden binnen deze 31 ½ uur uitgevoerd.
 
Wanneer er geen terugkomdagonderwijs gepland is, wordt deze tijd besteed op de stageplaats.
 
De onderwijskundige begeleiding op de stageplaats vindt plaats binnen werktijd, in overleg met de stageopleider.
 
 
 
=== Toetsing en beoordeling ===
 
In het [[Toetsprogramma HOVUmc]] staat de formele toetsingsprocedure beschreven zoals die landelijk geldt. In de praktijk moet de aios aan meerdere verplichtingen voldoen om de CZ stage tot een goed einde te brengen. Een aantal daarvan zijn onderdeel van het beoordelingsdossier. Een chronologisch overzicht van deze 
 
* [[Tijdpad toetsing en beoordeling CZ stage]]
 
Daarnaast bestaan er een aantal evaluatieformulieren die op het eind van de stage moeten zijn ingevuld. Een overzicht van alle verplichtingen en alle formulieren die in het beoordelings- en evaluatietraject van belang zijn vind je hier:
 
* [[Verplichtingen CZ stage]]
 
  
=== Verplichte opdrachten ===
+
Een aantal opdrachten is beschreven. Aios kunnen. gemotiveerd en in overleg, van een opdracht afwijken als dat beter past bij het behalen van de betreffende leerdoelen (zelfsturing binnen kaders).
In de CZ stage zijn deze opdrachten verplicht:
 
*[[Opdrachten CZ stage#Opdracht - KPB|Opdracht - KPB]] (uitvoering volgens beleid van de stage-inrichting)
 
*[[Opdrachten GGZ stage#Opdracht - Casuspresentatie|Opdracht - Casuspresentatie]]
 
  
=== Globaal Rooster ===
+
Leerdoelen en opdrachten worden vastgelegd in het [[IOP]].
De invulling van het cursorisch onderwijs op de terugkomdag vindt plaats op basis van een aantal verplichte en flexibele elementen. In ieder geval komt een aantal vaste thema's aan de orde die hieronder beschreven worden. Een deel van het onderwijs wordt gegeven door experts.  Daarnaast is er ruimte voor verdiepingsonderwijs op basis van vragen uit de groep. Naar aanleiding van inbreng uit de reflectierondes zijn aanpassingen mogelijk. Het definitieve rooster hangt dus mede af van de invulling die de groep eraan geeft.  
 
  
Vaste onderwerpen in de CZ-module zijn:
+
De opdrachten tijdens de CCZ-stage zijn:
*Kennismaken en oriëntatie op de stage en formuleren van het Individueel Ontwikkelingsplan
+
* Opdracht aiosonderwijs.
*Onderlinge consultatie door middel van casuïstiekbespreking
+
* Opdracht KPB; de aios vraagt geregeld om observatie door de stageopleider en/of andere zorgprofessionals. Bij een aantal van deze observaties wordt het [[KPB]]-formulier gebruikt (aantal i.o.m. de stageopleider).
*Verdiepingsonderwijs/ presentaties :
 
**Geriatrische problematiek
 
**"De verwarde bejaarde"
 
**"grenzen aan medisch handelen"
 
**"familiegesprekken"
 
**"palliatieve zorg"
 
**"wondzorg"
 
*Evaluatie en afsluiting van de module
 
  
 
{{witregel}}
 
{{witregel}}
<big>'''Overzichten stage handleidingen'''</big>
+
<big>'''Overzichten stagehandleidingen'''</big>
 
{| class="clickablecell" style="text-align:center; color: white; background-color: #ffffff; width: 100%;"
 
{| class="clickablecell" style="text-align:center; color: white; background-color: #ffffff; width: 100%;"
 
| class="clickablecell" style="text-align:center; height:80px; width: 33%; background-color:#4ea24e;" |'''[[1e Huisartsstage|<span style="color:white">Handleiding<br />1e Huisartsstage</span>]]'''
 
| class="clickablecell" style="text-align:center; height:80px; width: 33%; background-color:#4ea24e;" |'''[[1e Huisartsstage|<span style="color:white">Handleiding<br />1e Huisartsstage</span>]]'''

Versie van 1 apr 2020 om 14:32


CZ stage

Onderwijscoordinator
Chris Rietmeijer
Beatrijs de Leede

Teamleider
Hendrien Duijnhouwer

Assistent teamleider
Pacale Scheerman

CZ stage

Handleiding CCZ-stage

Na de 1e huisartsstage volgt de aios enkele externe stages. De stage chronische ziekten en complexe problematiek kortweg complexe chronische zorg (CCZ) is een keuzestage die standaard wordt aangeboden. Aios kunnen, gemotiveerd en in overleg, een andere keuze maken. Deze keuze moet rond de 6e maand van de 1e huisartsstage gemaakt worden.

Deze handleiding biedt een praktische beschrijving van het praktijkleren en het instituutsonderwijs tijdens de CCZ-stage.

Doelen en globale inhoud CCZ-stage

Uit het Landelijk opleidingsplan: De stage chronische ziekten en complexe problematiek heeft tot doel de ontwikkeling van klinische competenties op het gebied van chronisch-complexe aandoeningen die in de huisartspraktijk minder geclusterd voorkomen, maar wel relevant zijn voor de huisarts. Belangrijke thema's in deze stage zijn: patiënten bijstaan in het omgaan met de gevolgen van een chronische ziekte en samenwerking tussen huisarts en intramurale instelling.

De volgende thema's uit het Landelijk Opleidingsplan krijgen extra aandacht:

  • Chronische zorg
  • Complexe ouderenzorg
  • Palliatieve zorg

Door de thema's met de bijbehorende KBA's te bestuderen en met de opleider te bespreken krijgt de aios een idee van de stand van zaken van de eigen competentieontwikkeling in de breedte en diepte. Op de Wiki zijn er voor elk thema bouwstenen te vinden, die behulpzaam zijn voor het terugkomdagonderwijs, voor het leren in de praktijk en voor zelfstudie.

Afstemming met de huisartsstages

Onderwijs op het gebied van chronische aandoeningen, geriatrische problematiek en palliatieve zorg komt op meerdere plaatsen tijdens de opleiding aan de orde. Tijdens de 1e huisartsstage ligt hierbij de focus op de diagnostiek bij nieuwe patiënten en op de zorgverlening bij bekende patiënten met veelvoorkomende chronische ziekten zoals hart- en vaatziekten, diabetes, astma en COPD en de minder vaak voorkomende chronische aandoeningen van het bewegingsapparaat en het zenuwstelsel. De nadruk ligt hierbij op het medisch-inhoudelijk beleid en de vakinhoudelijke kennis om de belangrijkste chronische ziekten te kunnen diagnosticeren en behandelen.

Tijdens de CCZ-stage wordt de aios verder toegerust voor een planmatige aanpak van de complexe chronische problematiek en het multidisciplinair werken.

In de 2e huisartsstage leert de aios alle opgedane kennis en vaardigheden te integreren in de complexe chronische zorg in de huisartspraktijk. Medisch inhoudelijk handelen, communicatie, samenwerking en praktijkmanagement spelen hierin allen een grote rol.

Praktijkleren

De aios leert het vak in de praktijk. Patiëntenzorg en de vragen die daaruit ontstaan sturen voor een groot deel het leren. Daarbij zijn van belang:

  • Een voldoende en divers patiëntenaanbod. De aios ziet tijdens de CCZ-stage patiënten met meervoudige somatische en/of psychogeriatrische problematiek. Denk aan patiënten die revalideren na CVA of heupfractuur, patiënten met diverse vormen en stadia van dementie, met chronische neurologische aandoeningen zoals de ziekte van Parkinson en Multiple Sclerose, patiënten met gevorderde stadia van aandoeningen van het bewegingsapparaat zoals artrose en reumatoïde artritis, evenals patiënten met een (terminale) maligniteit. De aios bekwaamt zich tijdens deze stage in het systemisch in kaart brengen van patiënten (SFMPC-methodiek).

De aios leert regie voeren in complexe zorgprocessen: samenwerking en afstemming met andere disciplines zoals verpleegkundige, fysiotherapeut, logopedist, specialist ouderengeneeskunde en medisch specialist, alsmede met de familie en naasten van de patiënt. De aios leert veel over de verschillende verwijs- en consultatiemogelijkheden.

Er is in deze stage veel aandacht voor het communiceren met familieleden van de patiënt, alsmede voor het bespreken van de grenzen van het medisch handelen en de vraag wanneer en onder welke voorwaarden de behandeling gestaakt moet worden.

Tevens kan de aios zich bekwamen in specifieke verrichtingen die meer voorkomen in de complexe ouderenzorg.

  • Een goede balans tussen zelfstandig werken en begeleiding. De aios leert vooral door zelfstandig patiëntenzorg te bieden onder direct beschikbare supervisie. Daarbij is regelmatig overleg met, en observatie door, de stageopleider cruciaal. Dit garandeert de patiëntveiligheid en maakt het opsporen van blinde vlekken bij de aios mogelijk. Deze balans wordt onder andere mogelijk gemaakt door:
    • Ad-hoc-overleg over individuele patiënten.
    • Geregelde leergesprekken.
    • Observaties m.b.v. KPB: Korte praktijkbeoordeling. Het KPB-formulier nodigt uit tot gedetailleerde feedback.
    • Voortgangsgesprekken halverwege en aan het eind van de stage.

Instituutsonderwijs

De aios komen drie tot vier keer per maand naar het instituut. De groep is gemengd; de aios volgen de CCZ- of de GGZ-stage. De CCZ- en GGZ-stage markeren de start van de tweede fase. De tweede-fasegroep blijft in principe tot het einde van de opleiding bij elkaar.

De opbouw van de terugkomdag kent een aantal vaste onderdelen:

Feedback en reflectie zijn essentieel voor het zelfsturend leren van de aios. In het onderwijs is daarom ruimte gereserveerd voor reflectierondes. Aios leggen casus en dilemma's voor aan hun groepsgenoten en docenten. Door reflectie en feedback op deze praktijkervaringen krijgt de aios meer grip op de ervaring, en handvatten voor de verdere professionele ontwikkeling. Dit kan leiden tot gerichte leeractiviteiten. De ingebrachte vragen uit de praktijk kunnen ook richting geven aan de planning van het onderwijs in de groep. Zie Leerlijn professionaliteit.

De aiosgroep kiest welke onderwerpen aandacht moeten krijgen in het groepsonderwijs. Bij de voorbereiding en uitvoering daarvan hebben aios een actieve rol. Het is de verantwoordelijkheid van de docenten om de kwaliteit van het aiosonderwijs te borgen; zij doen dit door het actief begeleiden van de aios in de voorbereiding en door het geven van feedback op vorm en inhoud van het uitgevoerde aiosonderwijs. Het is daarbij van belang dat het onderwijs aansluit op de leerwensen van de groep. Op de Wiki zijn per thema en per competentiegebied onderwijsbouwstenen te vinden die behulpzaam zijn bij het voorbereiden en vormgeven van dit onderwijs.

Omdat de groep gemengd is, is het zaak de onderwerpen zo te kiezen dat alle aios ervan kunnen leren.

Naast het aiosonderwijs is er onderwijs door de docenten. Docenten hebben hun eigen expertisegebieden. Zo geven gedragswetenschappelijk docenten onder meer trainingen in samenwerken en arts-patiëntcommunicatie. Huisartsdocenten geven onderwijs over medisch-inhoudelijke onderwerpen, bijvoorbeeld bij de introductie van een nieuw thema.

Tijdens de CCZ-stage zullen de docenten o.a. extra aandacht geven aan familiegesprekken.

Op de terugkomdag is er tijd voor individuele begeleiding van de aios door de docenten. Individuele begeleiding vindt ook plaats binnen de digitale leeromgeving Canvas waar de docenten inhoudelijk kunnen reageren op bestanden die de aios uploadt, zoals het Individueel ontwikkelingsplan (IOP). Naast de aios begeleidt de docent ook dienst opleider (tijdens de parallel- en koppeldagen) en het aios-opleiderkoppel, bijvoorbeeld door praktijkbezoeken af te leggen en voortgangsgesprekken bij te wonen. We spreken hierbij van samenwerking rond het leren van de aios in de driehoek van aios-opleider-docent.

Expertonderwijs

Expertonderwijs is onderwijs dat wordt gegeven door een expert op een bepaald vakgebied. Tijdens de CCZ-stage is er experonderwijs op veel middagen en eens per maand op een hele zogenaamde themadag. De volgende onderwerpen komen altijd aan bod:

  • Geriatrische problematiek
  • De verwarde patiënt
  • Planmatig werken
  • Palliatieve zorg
  • Geriatrische reuzen

Om het cursorisch onderwijs voor een komende periode voor te bereiden zijn er op de terugkomdag regelmatig evaluatie- en planningsmomenten nodig. Hier wordt teruggekeken naar de voorafgaande periode (wat beviel, wat werd gemist) en vooruitgekeken naar het onderwijs in de komende periode (leerwensen aios binnen het kader van de opleidingsperiode en andere wensen). Er worden afspraken gemaakt over wie wat gaat doen.

Vanaf het eerste voortgangsgesprek in de eerste huisarts-stage (5e maand) beschrijft de aios haar leerdoelen in het IOP dat een plaats krijgt in het ontwikkelingsdossier in het e-portfolio. Het IOP is een verplicht onderdeel van de opleiding. Het doel van het IOP is het ondersteunen van de zelfsturing in het leren. De aios maakt bewuste keuzes en zoekt daarover actief het gesprek met de opleider en/of de docent.

Aan het begin van de stage is er in het intakegesprek met de stageopleider én op de terugkomdag aandacht voor de leerdoelen van de aios; waaraan kan en wil de aios in de huidige stageplek vooral aandacht geven met het oog op de kaders zoals geformuleerd in de thema's en de ComBeL CCZ-stage?

Zelfstudie en Opdrachten

Opdrachten hebben als doel om, binnen het kader van de opleidingsdoelen, persoonlijke leerdoelen te kiezen en daaraan te werken, veelal uitmondend in een casus- of themapresentatie in de groep. De opdrachten zijn voor alle aios verplicht.

Een aantal opdrachten is beschreven. Aios kunnen. gemotiveerd en in overleg, van een opdracht afwijken als dat beter past bij het behalen van de betreffende leerdoelen (zelfsturing binnen kaders).

Leerdoelen en opdrachten worden vastgelegd in het IOP.

De opdrachten tijdens de CCZ-stage zijn:

  • Opdracht aiosonderwijs.
  • Opdracht KPB; de aios vraagt geregeld om observatie door de stageopleider en/of andere zorgprofessionals. Bij een aantal van deze observaties wordt het KPB-formulier gebruikt (aantal i.o.m. de stageopleider).

  Overzichten stagehandleidingen

Handleiding
1e Huisartsstage
Klinische
stage
CZ
stage
GGZ
stage
Handleiding
2e Huisartsstage