Consultvoeringtoets 2e Huisartsstage

Uit Wiki HOVUmc
Versie door Jae Klaasen (overleg | bijdragen) op 3 apr 2019 om 20:31 (Nieuwe pagina aangemaakt met '<ol class="breadcrumb" style="width:100%;"> <li class="breadcrumb-item">Hoofdpagina</li> <li class="breadcrumb-item">Regelgeving</li> <li class="breadcrumb-...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken


Toetsprogramma

Adjunct hoofd
Harry Schleypen

Onderwijscoordinator
Chris Rietmeijer

Onderdelen van het Toetsprogramma

Videoconsulten selecteren: Selecteer 4 video-opnames van door jou gevoerde complexe consulten (UITKLAP 1). Je mag je keuze overleggen met je opleider en je mag je beste consulten (‘good practices’) gebruiken. Het is tevens toegestaan om maximaal 2 video's te selecteren waar je op een eerder moment (bijvoorbeeld bij de pre-toets in fase 1) positieve feedback op hebt gekregen van je docenten.

Videoconsulten uploaden: Gebruik het online videosysteem Codific om je video's te uploaden. Geef elk bestand een duidelijke titel die bestaat uit de vermelding dat het een CVT-video is, een opvolgnummer en een korte omschrijvende titel (bijvoorbeeld: ‘CVT-video 1: spanningsklachten door dreigend ontslag’).

Reflectieverslag videoconsulten: Schrijf voor elk videoconsult een reflectieverslag in Codific volgens het vastgelegde format; de instructies vind je in dit (UITKLAP 2) document en in Codific. Onderbouw in je verslag de keuzes die je tijdens het consult maakte met betrekking tot de communicatie. In de consultopname moeten deze keuzes terug te zien zijn.

Deadline CVT: Uiterlijk 5 maanden voor de einddatum van je opleiding dienen de videoconsulten en bijbehorende reflectieverslagen online klaar te staan voor beoordeling.

Toelichting Beoordeling CVT

De groepsdocenten bekijken de 4 video-consulten en geven per consult binnen de Codific-omgeving ('fragment feedback'). Daarnaast geven zij een algemene beoordeling van de consulten op basis van de 4 onderstaande criteria. De eerste 2 criteria hebben betrekking op het reflectieverslag, criterium 3 en 4 betreffen de consultopname.

  1. De aios benoemt correct de belangrijkste contextfactoren (reflectieverslag punt 2) en kiest de communicatievaardigheden (volgens MAAS-Globaal PLUS UITKLAP 4) die passen in deze context (reflectieverslag punt 5).
  2. De aios beschrijft de doelen die zij in het consult wilde bereiken (reflectieverslag punt 3 en 4) en kan aangeven hoe effectief zij daarin was (reflectieverslag punt 6).
  3. De aios toont in het consult dat de in het verslag beschreven vaardigheden daadwerkelijk ingezet worden.
  4. De docent beoordeelt op basis van de MAAS-Globaal PLUS of de inzet van bepaalde vaardigheden ontbreekt in het consult.

De docenten geven op het formulier ‘Beoordeling aios door docent Consultvoeringstoets’ per consult een beoordeling volgens een 3-puntschaal: het consult is op, onder of boven niveau. Daarbij schrijven ze een toelichting waarin de feedback op de 4 consulten wordt samengevat.