Differentiaties: verschil tussen versies

Uit Wiki HOVUmc
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 1: Regel 1:
 
<ol class="breadcrumb" style="width:100%;">
 
<ol class="breadcrumb" style="width:100%;">
<li class="breadcrumb-item">[[Hoofdpagina]]</li>
+
<li class="breadcrumb-item">[[Bestand:Proces vrl en inschr diff.png|gecentreerd|kaderloos|700x700px]][[Hoofdpagina]]</li>
 
<li class="breadcrumb-item">[[2e Fase]]</li>
 
<li class="breadcrumb-item">[[2e Fase]]</li>
 
<li class="breadcrumb-item">[[2e Huisartsstage]]</li>
 
<li class="breadcrumb-item">[[2e Huisartsstage]]</li>

Versie van 11 jan 2022 om 13:01


2e Huisartsstage

Onderwijscoördinator differentiaties
Dorien Stilma

Teamleider 2e Fase
Hendrien Duijnhouwer

Differentiatiecoördinator

Nanda Stoll

Assistent teamleider
Nanda Stoll

2e Huisartsstage

Wat is een differentiatie?

Een differentiatie is een aanvullend, verdiepend onderwijsaanbod. De studiebelasting is 3 maanden, afhankelijk van de differentiatie verdeeld over 3, 6, 9 of 12 maanden.

Welke differentiaties zijn er?

Er zijn 11 landelijk georganiseerde differentiaties, waarvan er 10 zijn gebaseerd op de kaderopleidingen. Het overzicht staat hier.

De landelijke differentiaties bestaan uit onderwijsdagen en praktijkopdrachten:

  • De onderwijsdagen volgt de aios op het instituut dat de differentiatie verzorgt; er zijn 6-10 onderwijsdagen.
  • De praktijkopdrachten voert de aios uit op de stageplek. De aios is dan meer dan gemiddeld bezig met de patiënten die centraal staan bij de gekozen differentiatie.

De landelijke differentiaties zijn dan ook geïntegreerde differentiaties: ze worden uitgevoerd op de stageplek. Bij elke differentiatie zal je er ook eigen tijd in moeten stoppen.

Lokale differentiaties

Naast de landelijke differentiaties kun je bij ons de differentiatie Wetenschappelijke Vorming volgen. Dit is een individuele differentiatie die meestal niet in de praktijk plaatsvindt (een niet-geïntegreerde differentiatie). Je pauzeert de opleiding om je te richten op de differentiatie: het doen van wetenschappelijk onderzoek. Er zijn geen onderwijsdagen, wel individuele begeleiding. De invulling van de differentiatie wordt mede bepaald door jouw individuele opleidingsplan en of je kunt aansluiten bij een lopen onderzoeksproject.

Wie kan een differentiatie volgen?

Je kunt een differentiatie volgen als je:

  • voldoende leerruimte hebt op basis van resultaten en persoonlijke belastbaarheid, en de differentiatie past bij jou IOP. Aan het einde van de 1e huisartsstage geven opleider en groepsdocenten hierover een advies.
  • een aanstelling hebt van minimaal 32 uur per week (84,21%) en ten tijde van de differentiatie minimaal 2,5 dagen werkzaam bent op de praktijk. Overigens is het mogelijk om het deeltijdpercentage gedurende de differentiatie te verhogen.
  • voor het einde van de opleiding het vereiste competentieniveau kunt halen binnen de resterende opleidingstijd minus drie maanden (= maximale studiebelasting voor de differentiatie).

De landelijke voorwaarden lees je hier.

Proces voorlichting en inschrijving

In onderstaand schema staan de momenten van het proces voorlichting en inschrijving. De belangrijkste zijn:

  • Advies opleider en groepsdocenten
  • Plan van aios bij aanmelding
  • Aanmelding 6 maanden voor start 2e huisartsstage
  • Afstemming aios en opleider over differentiatie

 

Bekijk de PowerPointpresentatie Voorlichting Differentiaties.

Inschrijfformulier

Inschrijfformulier voor een differentiatie

Wat betekent een differentiatie voor het cursorisch onderwijs?

De onderwijsdagen van de differentiatie kunnen op andere dagen van de week vallen dan de donderdag bij ons. Bij overschrijding van het maximum aantal cursorische onderwijsdagen per jaar (50, zie Tijdsbesteding) is compensatie nodig door:

  • expertonderwijs over te slaan en/of
  • incidenteel een reguliere terugkomdag over te slaan. Dit kan alleen na afstemming met jouw groepsdocenten.

Als het differentiatieonderwijs op dezelfde dag valt als de terugkomdagen, gaat het differentiatieonderwijs voor. Dit geldt niet voor de zelfstandige periode in de huisartspraktijk; de zelfstandige periode heeft voorrang op het differentiatieonderwijs.

Wat betekent een differentiatie voor de praktijk?

Een aios kan 1/4 van de praktijktijd besteden aan de differentiatie. Bij een voltijdsaanstelling is dat maximaal 7,8 uur per week, bij deeltijd naar rato. In alle gevallen moet de aios 2,5 dag per week beschikbaar blijven voor patiëntenzorg.

Over het algemeen is het praktijkgedeelte van de differentiatie goed in te passen in de patiëntenzorg. In sommige gevallen is dat lastiger. Het is dan ook belangrijk dat:

  • de aios aangeeft wat de differentiatie qua investering gaat vragen
  • aios en opleider de plannen en doelen van de aios en de mogelijkheden in de opleidingspraktijk t.a.v. de differentiatie bespreken

Kijk ook wat de meerwaarde ervan kan zijn voor de praktijk. Bepaal samen hoe de differentiatie het beste tot z’n recht kan komen, zowel voor de praktijk als voor de ontwikkeling van de aios.

Waar moet je als opleider rekening mee houden?

  • 1e huisartsstage: aios 4 maanden voor het einde van de stage advies geven over het volgen van een differentiatie. Aios weten op dat moment vaak nog niet of ze een differentiatie willen volgen. Leidend bij dit advies zijn de criteria.
  • 2e huisartsstage: de differentiatie heeft invloed op de patiëntenzorg en de begeleiding van de aios. Kijk samen hoe de differentiatie het beste tot z’n recht kan komen in de praktijk en hoe de aios de leerdoelen kan behalen. Het plan dat aios heeft met de differentiatie is onderdeel van het IOP. Het kan interessant en relevant zijn voor de praktijk, wellicht biedt de differentiatie aanknopingspunten voor het praktijkverbeterplan.

Aan het volgen van een differentiatie is de voorwaarde gesteld dat de differentiatie uitvoerbaar is vanuit de opleidingspraktijk; bijvoorbeeld dat de praktijk een passende patiëntenpopulatie heeft.

Waar moet je als docent rekening mee houden?

  • 1e huisartsstage: aios 4 maanden voor het einde van de stage advies geven over het volgen van een differentiatie. Aios weten op dat moment vaak nog niet of ze een differentiatie willen volgen. Leidend bij dit advies zijn de criteria.
  • 2e huisartsstage: de inhoudelijke begeleiding van de differentiatie ligt bij het instituut dat de differentiatie verzorgt. Als docent is het van belang om te letten op de ontwikkeling en persoonlijke belastbaarheid van de aios. Daarnaast is het mooi als de aios de opgedane kennis en vaardigheden van de differentiatie terugbrengt in de eigen groep.