Onderbreking en Verlof: verschil tussen versies
(mdw bijgewerkt) |
(fulltime -> voltijds) |
||
Regel 77: | Regel 77: | ||
Je hebt in principe recht op onbetaald ouderschapsverlof als je minimaal één jaar in dienst bent bij de SBOH en een kind onder de acht jaar te verzorgen hebt. Ouderschapsverlof betekent dat je onbetaald verlof krijgt, maar in dienst blijft van de SBOH. Dit kan alleen in goed overleg met de opleider en het opleidingsinstituut. | Je hebt in principe recht op onbetaald ouderschapsverlof als je minimaal één jaar in dienst bent bij de SBOH en een kind onder de acht jaar te verzorgen hebt. Ouderschapsverlof betekent dat je onbetaald verlof krijgt, maar in dienst blijft van de SBOH. Dit kan alleen in goed overleg met de opleider en het opleidingsinstituut. | ||
− | De duur van het ouderschapsverlof hangt af van het dienstverband. Het maximum aantal weken op | + | De duur van het ouderschapsverlof hangt af van het dienstverband. Het maximum aantal weken op voltijds basis is 26, maar vaak wordt een deeltijdvariant gekozen. Neem deze stappen als je ouderschapsverlof wilt aanvragen: |
* Bekijk de regelingen, rekenmodellen en consequenties op de website van de SBOH. | * Bekijk de regelingen, rekenmodellen en consequenties op de website van de SBOH. | ||
* Informeer ruim van tevoren bij de betrokkenen (opleider en [https://www.hovumc.nl/contact/ desbetreffende assistent teamleider]) of het in principe mogelijk is. Zo zal het tijdens een externe stage niet altijd mogelijk zijn. | * Informeer ruim van tevoren bij de betrokkenen (opleider en [https://www.hovumc.nl/contact/ desbetreffende assistent teamleider]) of het in principe mogelijk is. Zo zal het tijdens een externe stage niet altijd mogelijk zijn. |
Versie van 4 aug 2021 om 10:17
Regelgeving |
---|
Hoofd |
Adjunct hoofd |
Onderwijscoördinator |
Regelgeving |
De huisartsopleiding moet volgens de RGS ‘uit opleidingsinhoudelijke overwegingen’ ononderbroken gevolgd worden. Vakantiedagen en de reguliere werktijd hebben geen consequenties voor de netto duur van de opleiding. Belangrijker zijn de omstandigheden die persoonlijk van aard zijn, soms tot langdurige afwezigheid leiden en daardoor wel consequenties hebben voor de opleiding. Deze omstandigheden worden hieronder beschreven, aangevuld met een aantal relevante aandachtspunten en, waar van toepassing, de richtlijnen voor aanvragen van het betreffende verlof.
Inhoud
Kaderbesluit CHVG
Het Kaderbesluit CHVG ligt ten grondslag aan onze uitwerking van dit onderwerp. Voor leesgemak hebben we het relevante artikel B.9. overgenomen:
B.9. Onderbreking
- Er is sprake van onderbreking van de opleiding als er tijdelijk geen opleiding wordt gevolgd. Afwezigheid door vakantie overeenkomstig het aantal dagen in de arbeidsovereenkomst per opleidingsjaar wordt niet als onderbreking aangemerkt.
- Indien de opleiding in totaal meer dan tien dagen per opleidingsjaar wordt onderbroken, vindt compensatie plaats van het meerdere van die tien dagen.
- Indien de opleiding wordt onderbroken wordt het opleidingsschema gewijzigd en is artikel B. 10. van toepassing.
- Om opleidingsinhoudelijke redenen kan de RGS besluiten tot het opnieuw volgen van (een gedeelte van) de reeds gevolgde opleiding. Het hoofd doet de RGS daartoe een gemotiveerd voorstel.
Legitieme redenen voor onderbreking
De RGS heeft een aantal omstandigheden aangewezen die als legitieme reden gelden voor tijdelijke onderbreking van de opleiding:
Bij ziekte of arbeidsongeschiktheid stel je zo spoedig mogelijk de volgende personen of instanties op de hoogte:
- de SBOH via de ziekteverzuimmelder;
- jouw opleider/stageplaats;
- jouw docenten en, indien van toepassing, jouw supervisor.
Zodra je weer beter bent, meld je je zich weer beter bij de SBOH. De SBOH heeft een protocol opgesteld dat gevolgd moet worden in geval van ziekte. Daarin staan al jouw rechten en plichten op het gebied van (preventie van) verzuim beschreven, waaronder een traject voor re-integratie na langdurig verzuim.
Zie tevens de informatie over ziekte en re-integratie op deze wiki voor uitgebreide informatie en contactpersonen.
Melden van zwangerschap en aanvragen van zwangerschapsverlof:
- Je dient zo snel mogelijk het aanvraagformulier zwangerschapsverlof op de website van de SBOH in. De SBOH berekent op welke datum het verlof vermoedelijk ingaat en eindigt.
- Je meldt jouw zwangerschap bij de desbetreffende assistent teamleider van het opleidingsinstituut.
- Je informeert zelf de opleider, docenten en groepsleden en, indien van toepassing, de supervisor*.
*Bij onderbreking van de supervisie vul je het [Melding Onderbreking] in. Nadat je dit hebt laten tekenen door jouw supervisor lever je dit ook in bij de assistent teamleider.
De precieze regelgeving en procedures rondom zwangerschap staan beschreven op de website van de SBOH. Enkele relevante punten daaruit zijn:
- Het zwangerschapsverlof duurt in totaal 16 weken en gaat 4 tot 6 weken voor de AT-datum in. Bij het aanvragen van het verlof geef je jouw keuze door.
- Vanaf 28 dagen voor tot 42 na de AT-datum mag je niet werken en geen onderwijs volgen. Ook koppelingsgesprekken en toetsen horen hierbij.
- Na de bevalling informeer je de SBOH over de feitelijke bevallingsdatum. De SBOH stelt de einddatum van jouw verlof vast.
Je hebt in principe recht op onbetaald ouderschapsverlof als je minimaal één jaar in dienst bent bij de SBOH en een kind onder de acht jaar te verzorgen hebt. Ouderschapsverlof betekent dat je onbetaald verlof krijgt, maar in dienst blijft van de SBOH. Dit kan alleen in goed overleg met de opleider en het opleidingsinstituut.
De duur van het ouderschapsverlof hangt af van het dienstverband. Het maximum aantal weken op voltijds basis is 26, maar vaak wordt een deeltijdvariant gekozen. Neem deze stappen als je ouderschapsverlof wilt aanvragen:
- Bekijk de regelingen, rekenmodellen en consequenties op de website van de SBOH.
- Informeer ruim van tevoren bij de betrokkenen (opleider en desbetreffende assistent teamleider) of het in principe mogelijk is. Zo zal het tijdens een externe stage niet altijd mogelijk zijn.
- Vul minimaal 2 maanden voor de beoogde ingangsdatum van het verlof het aanvraagformulier van de SBOH in en geef of mail dit aan de assistent teamleider.
Sinds 1 juli 2020 kun je als partner maximaal 5 weken (5 x de aanstellingsomvang) aanvullend geboorteverlof opnemen. Dit verlof moet je opnemen binnen 6 maanden na de geboorte van het kind en je moet het geboorteverlof van 1 week al hebben opgenomen (binnen 4 weken na de geboorte). Het aanvullend verlof is onbetaald, maar werkgevers kunnen voor hun werknemers bij het UWV een uitkering voor de verlofperiode aanvragen. Deze uitkering is maximaal 70% van het dagloon (en maximaal 70% van het maximum dagloon). Dit aanvullend geboorteverlof is een recht en de SBOH geeft hier toestemming voor, míts dit verlof goed inpasbaar is in de opleiding.
Een verlofperiode van in totaal maximaal 6 weken de reguliere arbeidsduur is substantieel en heeft een behoorlijke impact op de opleiding. Het hoofd van de opleiding beslist over de toekenning van het aanvullend geboorteverlof conform onderstaande richtlijn:
- Je dient de aanvraag schriftelijk en uiterlijk 4 maanden voor de beoogde ingangsdatum van het verlofdatum, voorzien van een voorstel voor een gewijzigd IOS.
- Jouw verzoek kan geweigerd worden in geval van zwaarwegend opleidingsbelang, zoals het geval is bij het ontstaan van te korte stageperiodes of voortgangsproblemen.
- De aanvraag voor aanvullend geboorteverlof beoordelen we voor iedere aios individueel.
Gespreid verlof (een beperkt aantal uren per week over een langere periode)
- Gespreid opnemen van het aanvullend geboorteverlof is niet mogelijk in de klinische stage.
- Voor de overige stages geldt: als het aanvullend geboorteverlof gespreid wordt opgenomen, blijft een minimum aantal van 3 volwaardige praktijkdagen vereist, dat wil zeggen een minimum werkpercentage van 80% (en bij hoge uitzondering 70%).
- De duur van het verlof wordt toegevoegd aan de tweede huisartsstage.
Aaneengesloten periode verlof
- Een aangesloten periode van aanvullend geboorteverlof is in principe tijdens alle stages mogelijk.
- Voor de externe stages gelden voorwaarden: De aios doet naast dit geboorteverlof een aanvullende aanvraag voor onbetaald verlof zodat tezamen een periode van 3 maanden verlof ontstaat. Uiteraard is inzet van vakantiedagen in deze periode ook mogelijk. Dit is de enige wijze waarop we dit verlof kunnen inpassen in de periode van externe stages die elk 3 of 6 maanden duren. Dit kan betekenen dat de aios van groep moet wisselen.
- De duur van het verlof wordt toegevoegd aan de tweede huisartsstage, behalve bij de klinische stages. Voor de periode van verlof tijdens de klinische stage moet een andere klinische stage worden gedaan.
Als je wetenschappelijk onderzoek wilt gaan doen op een terrein van de huisartsgeneeskunde bestaan er mogelijkheden om de opleiding tijdelijk te onderbreken, c.q. de opleiding en het onderzoek te combineren. De regelgeving hierover staat beschreven in de zogenaamde aioto-regeling op de website van de SBOH. Wie geïnteresseerd is in de inhoudelijke mogelijkheden op dit terrein kan contact opnemen met het hoofd van de Huisartsopleiding VUmc.
Naast de gewone vakantie- en verlofdagen bestaan er nog enkele andere vormen van verlof, zoals buitengewoon verlof, calamiteitenverlof en kortdurend zorgverlof. Het gaat hierbij steeds om bijzondere of onverwachte situaties, waarbij je met behoud van inkomen beperkte tijd krijgt om – simpel gezegd – iets te regelen, ergens bij aanwezig te zijn of iets waardevols te doen wat op dat moment even voor gaat. Voorbeelden van dergelijke situaties zijn: familieleden die overlijden, kinderen die plotseling ziek worden, schade die aan het huis ontstaat, zieken die verzorgd moeten worden, verhuizing, huwelijk, bevalling van partner.
Dit soort bijzonder verlof vereist overleg met alle betrokkenen en kan alleen doorgaan als er van de kant van de SBOH, de hao of de stageplek geen zwaarwegende belangen zijn die zich ertegen verzetten.
De aios heeft het recht om één keer tijdens de opleiding onbetaald verlof op te nemen voor een periode van 3, 6, 9 of 12 maanden. Dit vraagt overleg met alle betrokkenen en kan alleen als er geen zwaarwegende belangen zijn die zich ertegen verzetten, waaronder de studievoortgang. Het onbetaald verlof moet minimaal 6 maanden van tevoren aangevraagd worden en kan op drie momenten worden opgenomen:
- Tussen fase 1 en fase 2 (3, 6, 9 of 12 maanden).
- Bij 3 maanden vrijstelling voor de klinische stage: tussen 1e huisartsstage en 3 maanden klinische stage (maximaal 3 maanden).
- Bij vrijstelling voor CCZ- of GGZ-stage: tussen de niet vrijgestelde stage en de 2e huisartsstage (maximaal 3 maanden).
Uitgangspunt is dat er niet gewisseld hoeft te worden van onderwijsgroep in fase 1 of fase 2. Terugdraaien van een toegekend onbetaald verlof kan alleen bij zwaarwegende redenen en mits de organisatie van de opleiding dat toelaat.
Verlof aanvragen
Al deze vormen van verlof, alsmede de voorwaarden en procedures, staan beschreven op de website van de SBOH. De formulieren voor het aanvragen van zwangerschapsverlof*, ouderschapsverlof, aanvullend geboorteverlof en onbetaald verlof staan tevens op de website van de SBOH. Het ingevulde formulier geef of mail je aan de assistent teamleider van desbetreffende stage.
*In geval van zwangerschapsverlof gaat het formulier direct naar de SBOH. Je geeft aan de assistent teamleider van jouw stage de AT-datum en verwachte verlofdatum door. Als je bezig bent met een supervisietraject dat je niet kunt afronden voor het verlof, vul dan voordat je met verlof gaat de Supervisie - Melding onderbreking in en mail dit naar de assistent teamleider.
Geschil
Als een aios een geschil aangaat met de huisartsopleiding (zie hiervoor het thema Klachten), is er sprake van een opschortende werking. Dat wil zeggen dat de opleiding gedurende de looptijd van het geschil stil ligt.
20 dagdelen is cruciaal
Je dient elke onderbreking formeel kenbaar te maken, dus ook als je bijvoorbeeld één dag ziek thuis zit. Dat heeft dan nog niet meteen consequenties. Pas als je op jaarbasis meer dan 20 dagdelen (10 dagen) de opleiding onderbreekt volgt er een verlenging van de opleiding (zie ook het thema Verlenging).
Onder die 20 dagdelen vallen dus alle genoemde vormen van onderbreking, die allemaal bij elkaar moeten worden opgeteld. De reguliere vakantie- en verlofdagen vallen er niet onder, omdat die niet worden aangemerkt als onderbreking.
Aanpassing stagetraject
Onderbreking betekent per definitie dat de opleiding op dat moment stil ligt. Als dat langere tijd duurt (zoals bij zwangerschap), heeft dat ook consequenties voor de verdere opleiding: in ieder geval schuift de einddatum op, maar soms verandert ook de volgorde van de stages en mogelijk de onderwijsgroep. Het is belangrijk om bijtijds te overleggen met het opleidingssecretariaat dat kan overzien wat er verder moet gebeuren en of er overlegd moet worden met de teamleider.
De opleiding (gedeeltelijk) overdoen
Als je de opleiding langer dan 6 maanden onderbreekt (bijvoorbeeld door langdurige ziekte) kan het hoofd van de opleiding besluiten dat je een deel van de opleiding moet overdoen. Meestal zal hierover advies worden ingewonnen bij de opleider.
Geen verlof, maar wel onderbreken?
De regel dat je de opleiding – behoudens de beschreven uitzonderingen – ononderbroken moet volgen is bedoeld om continuïteit in het leerproces en behoud van kennis en vaardigheden te waarborgen. Je kunt dus niet zomaar besluiten om er een jaartje tussenuit te gaan. Wil je dat toch en kom je niet aanmerking voor een van de hierboven beschreven verloven, dan moet je ontslag nemen en opnieuw solliciteren. Als je opnieuw geschikt bevonden en geplaatst wordt kun je vrijstelling aanvragen voor het deel van de opleiding dat je al gedaan hebt voor de onderbreking. Het is aan het hoofd van de opleiding om te bepalen of die aanvraag gehonoreerd wordt.