Vanuit de opleiding werd ik gevraagd of ik mee wilde doen aan een onderdeel van het project Dappere Dokters. Het streven van het project is om niet-zinnige, overbodige medische handelingen terug te dringen, wat moet leiden tot optimale zorg. Kijkend naar mijn handelen als arts leek het mij een goed plan om mee te doen. Ik ben namelijk eerde een voorzichtige dan een dappere dokter. Witte raven parkeren, meer gebruik maken van de epidemiologie en tijd inzetten als diagnosticum, naarmate de opleiding vordert word ik er beter in.

Ben ik een dappere dokter als ik dit onder de knie heb? Niet echt, het project streeft naar meer: “Een dappere dokter is een dokter die met de patiënt, met collega-artsen door de echelons heen, en met zorgverzekeraars en beleidsmakers in gesprek gaat over welke behandeling nu echt iets toevoegt aan het leven van de patiënt. Je moet over je eigen grenzen kunnen kijken.”

In dit kader werd aan Audrey Overgaauw, arts in opleiding tot internist, en aan mij gevraagd of we bij elkaar een spreekuur wilden meekijken. Doel: inzicht krijgen over hoe het er op een ander vakgebied aan toegaat en nieuwe contacten opdoen, zodat overleg in de toekomst makkelijker verloopt. We stonden er open in, niet goed wetend wat te verwachten maar met intenties om te kijken naar de samenwerking tussen internist en huisarts en van elkaar te begrijpen waarom een medisch vraagstuk op een bepaalde manier wordt benaderd.

Het met elkaar meekijken heeft voor mij inderdaad een extra hulplijn opgeleverd: zit ik met een internistisch vraagstuk vanuit de huisartsenpraktijk dan kan ik Audrey nu makkelijk even appen. Zonder sociaal wenselijk iets op te schrijven kan ik zeggen dat het ook inzicht en begrip voor elkaars werkveld heeft opgeleverd. Voor de hand liggende inzichten wellicht, maar wel zaken waar we als artsen tegen aan blijven lopen.

Ter illustratie een aantal van onze gedeelde ervaringen. Summiere verwijsbrieven van de huisarts bestaan nog steeds en maken afstemming met verwachtingen van een patiënt en van de aanvragende huisarts moeilijk. Ik heb met verbazing gezien dat een patiënt, nadat ze te horen kreeg dat er uit alle onderzoeken vanwege vermoeidheid geen afwijkingen gevonden waren, een tinteling in haar teen als nieuwe klacht bij Audrey opwierp. Daarvoor was ze toch niet verwezen?! Zou een meer afgebakende verwijzing dit niet kunnen voorkomen?

We vroegen ons af waarom er soms weer diagnostiek herhaald wordt, als je als huisarts wel een duidelijke verwijzing hebt gemaakt. Wat is het verschil tussen een externe en interne labbepaling nu eenmaal?

Ik weet dat een internist doorgaans een batterij aan tests verricht. Waar ik niet bij had stilgestaan is dat je als aios interne ook te maken hebt met onderzoek in studieverband en je op basis van het specialisatiegebied van opleiders nog meer diagnostiek verricht.

Waarom laat een huisarts een echo in ziekenhuis A verrichten en verwijst vervolgens naar ziekenhuis B? Dat dit vaak niet ondoordacht is maar gevolg van de wens van een patiënt of door beperkingen in zorgdomein was voor Audrey inzichtgevend.

Naar aanleiding van een patiënt met haaruitval vertelde ik dat ik zonodig bloedonderzoek doe en verwijs naar een dermatoloog. Audrey ziet vaker patiënten met haaruitval na verwijzing door een dermatoloog en doet hetzelfde bloedonderzoek als ik zou doen. Hier schuilt dubbeldiagnostiek. Naar ons idee is het probleem hierbij dat je niet goed weet wat je van elkaar als collega-arts kan verwachten. Als je dit nu kunt overbruggen kunnen we met elkaar die dappere dokters zijn.

Aan Audrey en mij werd gevraagd of we onze ervaringen in vijf minuten wilden presenteren op het Dappere Dokters congres. Met niet zo dapper zweet in de handpalmen hebben we dat gedaan. Brainstormsessies over opzetten van dappere-doktersprojecten volgden. Ik ben benieuwd.

Ik vond het een inspirerende kruisbestuiving en kan iedereen aanraden een aio van een andere specialisatie eens op te zoeken.